Menu Sluiten

Waarom het rijkste land ter wereld geen voorbeeld voor Vlaanderen is

’s Werelds welvarendste land Noorwegen is virtueel failliet. Het Scandinavische land wordt vaak geprezen omwille van de hoge levensstandaarden, en aan de overkant van de Plas wordt het land ook wel een toonvoorbeeld genoemd van socialisme. Amerikaans presidentskandidaat Bernie Sanders verwijst dikwijls naar Noorwegen als een gidsland voor de VS en verheerlijkt het sociaaldemocratische verzorgings- en herverdelingsmodel.

Zonder de inkomsten uit de winsten op olie, kan het land echter de rekeningen niet meer betalen. Sinds dit jaar stellen de departementen vast dat het systeem zijn grenzen heeft bereikt. Noorwegen haalt 10% uit de winst op olie uit haar economische invloedssfeer. Deze opbrengsten gaan naar het pensioenfonds van de overheid. Aangezien deze gelden niet rechtstreeks naar de Noorse schatkist vloeien, dient het land via een klassiek fiscaal systeem inkomsten te verwerven. De belasting op inkomen is er in vele opzichten vergelijkbaar met België en de belastingen op consumptie zijn torenhoog. Afhankelijk van gemeente betalen eigenaars ook een grondbelasting. Dit maakt de belastingdruk nog steeds hoog, maar niet zo hoog als in België. Hoe dan ook kampen beide landen met een regime waarbij de begrotingen enkel maar in evenwicht kunnen zijn door de optelsom van verschillende taksen en belastingen.

Dit Noorse belastingsysteem staat dus nu onder druk en is niet meer toereikend om de schatkist van voldoende middelen te voorzien. De Noorse schatkist dreigt net als in België een bodemloze put te worden. Momenteel heeft Noorwegen een centrumrechtse regering. Toch ziet het er niet naar uit dat de overheid verder gaat worden afgeslankt. De regering dreigt bij de verkiezingen in 2021 ook geen meerderheid meer te hebben, waardoor het ergste scenario dreigt: een wissel van de macht in het voordeel van de socialisten. De Noorse Arbeiderspartij had reeds gewaarschuwd dat ze de belastingen zou verhogen, mocht ze na een onderbreking van 8 jaar terug aan de macht komen. Nochtans is er een schreeuwende en hoogdringende noodzaak om de uitgavenzijde te herzien. Maar liefst 40% van alle overheidsuitgaven gaan integraal naar de sociale zekerheid. Ondanks een werkloosheidsgraad van 3,9% gaat er toch veel geld naar uitkeringen. Ook het feit dat de Noorse staat de ziektezorg op haar grondgebied helemaal in handen heeft, zorgt voor een grote structurele uitgavenpost.

Bij de gemeente- en provincieraadsverkiezingen in 2019 kreeg Noorwegen bijna overal terug links bestuur. Die zijn niet te spreken over het privatiseren of liberaliseren van diensten. Ondertussen worden pendelaars (die vaak gebruik maken van veerdiensten, toltunnels of tolbruggen) getroffen met verhoogde taksen. Dit is echter geen uniek scenario dat enkel aan Noorwegen inherent is; het zou Vlaanderen en België ook kunnen overkomen. Het toont het failliet aan van een sociaaldemocratisch systeem. Een logge overheid die enkel maar groter wordt, zorgt voor bodemloze schatkisten. De voorgestelde oplossing is immers altijd meer en/of verhoogde belastingen. Er zijn landen en naties die zich graag aan Noorwegen spiegelen. Ons lijkt dat precies niet zo’n goed idee…

Geef een reactie